Batterij
De batterij opladen
Wanneer u het apparaat aanschaft, is de batterij gedeeltelijk opgeladen. Het kan een
paar minuten duren voordat het batterijpictogram op het scherm wordt weergegeven
als u het snoer van de lader met een voedingsbron verbindt, zoals een USB-poort of een
lader. U kunt het apparaat blijven gebruiken tijdens het opladen. Het opladen van het
apparaat gedurende een langere periode, bijvoorbeeld de hele nacht, veroorzaakt geen
schade aan de batterij of het apparaat.
Uw apparaat laden
10
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.
1
Sluit de lader aan op een stopcontact.
2
Steek het ene uiteinde van de USB-kabel in de lader (of in de USB-poort van een
computer).
3
Steek het andere uiteinde van de kabel met het USB-symbool naar boven in de
micro-USB-poort op uw apparaat. Het meldingslampje licht op als het laden start.
4
Als het meldingslampje groen is, is het apparaat volledig geladen. Koppel de USB-
kabel los van uw apparaat door deze recht naar buiten te trekken. Voorkom dat u
de connector buigt wanneer u de kabel loskoppelt van het apparaat.
Als de batterij volledig ontladen is, kan het een paar minuten duren voordat de led oplicht
nadat u de laadkabel met een voedingsbron hebt verbonden.
Status batterijmeldingslampje
Groen
De batterij is volledig opgeladen
Knippert rood
Het batterijniveau is laag
Oranje
De batterij wordt opgeladen. Het batterijniveau ligt tussen laag en volledig opgeladen
Het batterijniveau controleren
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op
Instellingen > Over de telefoon > Status > Accuniveau.
Prestaties van de batterij verbeteren
Aan de hand van de volgende tips kunt u ervoor zorgen dat de batterij langer meegaat:
•
Laad het apparaat vaak op. Dit heeft geen invloed op de levensduur van de batterij.
•
Gegevens van het internet downloaden verbruikt veel energie. Wanneer u geen gebruik
maakt van het internet, kunt u energie besparen door in het venster Meldingen alle
mobiele gegevensverbindingen uit te schakelen, door de statusbalk omlaag te slepen. Bij
deze instelling kunt u niet verhinderen dat uw apparaat gegevens verzendt via andere
draadloze netwerken.
•
Schakel Bluetooth® en Wi-Fi® uit als u deze functies niet nodig hebt. U kunt ze
eenvoudiger aan- en uitschakelen in het venster Meldingen door de statusbalk omlaag te
slepen.
•
Gebruik de functies
STAMINA-modus en Modus bijna lege batterij om het
batterijgebruik te beperken. U kunt de modus voor energiebesparing kiezen die het beste
past bij de manier waarop u het apparaat gebruikt. U kunt ook de instellingen aanpassen
voor elke modus van energiebesparing.
•
Stel uw synchronisatietoepassingen (die worden gebruikt om uw e-mail, agenda en
contactpersonen te synchroniseren) in op handmatig synchroniseren. U kunt de telefoon
ook automatisch laten synchroniseren, maar vergroot in dat geval de synchronisatie-
intervallen.
•
Controleer het menu voor batterijgebruik op het apparaat om te zien welke applicaties de
meeste energie gebruiken. Uw batterij verbruikt meer energie wanneer u applicaties voor
het streamen van video en muziek, zoals YouTube™, gebruikt. Sommige applicaties die
zijn gedownload van Google Play™ kunnen ook meer energie gebruiken.
•
Sluit de applicaties die u niet gebruikt, af.
•
Verlaag het helderheidsniveau van de schermweergave.
•
Schakel uw apparaat uit of activeer de instelling
Vliegmodus als u in een gebied zonder
netwerkdekking bent. Uw apparaat zal anders voortdurend naar beschikbare netwerken
scannen en dit kost energie.
•
Gebruik een originele headset van Sony™ om naar muziek te luisteren. Headsets
gebruiken minder energie van de batterij dan de luidsprekers van het apparaat.
•
Houd het apparaat zoveel mogelijk in de stand-bymodus. Stand-bytijd verwijst naar de
tijd tijdens welke uw apparaat op het netwerk is aangesloten en niet wordt gebruikt.
•
Schakel live achtergrond uit.
Het menu voor batterijgebruik openen
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op
Instellingen > Energiebeheer > Batterijverbruik.
11
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.
De modus STAMINA
Schakel de functie
STAMINA-modus in om uw Wi-Fi®-verbinding, gegevensverkeer en
verschillende energie-consumerende applicaties te onderbreken als het scherm inactief
is. U kunt nog steeds telefoongesprekken, SMS- en MMS-berichten ontvangen als de
modus STAMINA actief is. U kunt ook een lijst met applicaties instellen om te zorgen dat
bepaalde applicaties actief blijven als uw scherm inactief is. Nadat het scherm weer
actief is, worden alle onderbroken functies hervat.
Modus STAMINA activeren
1
Tik vanuit Startscherm op .
2
Ga naar en tik op
Instellingen > Energiebeheer.
3
Tik op , vervolgens op
STAMINA-modus en tik vervolgens op Activeren.
Modus STAMINA uitschakelen
1
Tik vanuit Startscherm op .
2
Ga naar en tik op
Instellingen > Energiebeheer.
3
Tik op naast
STAMINA-modus.
De instellingen veranderen voor de modus STAMINA
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op
Instellingen > Energiebeheer.
3
Tik om het instellingenmenu te openen op
STAMINA-modus.
4
Voeg applicaties toe of verwijder ze naar wens.
5
Als u klaar bent, tikt u op
Gereed.
De stand-bytijd van uw apparaat inschatten
Stand-bytijd verwijst naar de tijdsperiode die uw batterij meegaat wanneer uw apparaat
is aangesloten op het netwerk maar niet actief wordt gebruikt, bijvoorbeeld om te bellen
of gebeld te worden. Wanneer de STAMINA-modus is geactiveerd, wordt de resterende
stand-bytijd voortdurend geëvalueerd, wat kan variëren afhankelijk van het gebruik van
uw apparaat. De STAMINA-modus is effectiever bij het verlengen van de stand-bytijd als
u het scherm van uw apparaat vergrendeld houdt. Als u het scherm zelden vergrendelt,
ziet u wellicht niet veel verbetering in de prestatie van de batterij.
Wanneer u uw apparaat voor de eerste keer gebruikt, is de geschatte stand-bytijd wellicht niet
nauwkeurig aangezien er geen gebruikshistorie bestaat waarmee dit kan worden ingeschat.
Het weergeven van de geschatte stand-bytijd
1
Tik vanuit uw Startscherm op .
2
Zoek en tik op
Instellingen > Energiebeheer.
Modus Lege batterij gebruiken
U kunt de functie
Modus bijna lege batterij inschakelen om energie te besparen als de
batterij bijna leeg is. Deze functie helpt bij het aanpassen van de instellingen voor
schermhelderheid, gegevensverkeer en trillen, zodat u het batterijgebruik kunt beperken.
Modus Lege batterij activeren
1
Sleep de statusbalk omlaag en tik vervolgens op .
2
Ga naar en tik op
Energiebeheer.
3
Sleep de schuifregelaar naast
Modus bijna lege batterij naar rechts.
Modus Batterij bijna leeg uitschakelen
1
Tik vanuit Startscherm op .
2
Ga naar en tik op
Instellingen > Energiebeheer.
3
Tik op naast
Modus bijna lege batterij.
12
Dit is een internetversie van deze publicatie. © Uitsluitend voor privégebruik afdrukken.
De instellingen veranderen voor de modus Batterij bijna leeg
1
Tik op het Startscherm op .
2
Ga naar en tik op
Instellingen > Energiebeheer.
3
Tik om het instellingenmenu te openen op
Modus bijna lege batterij.
4
Pas de instellingen naar wens aan.
5
Als u klaar bent, tikt u op .